Sociale media

  • NL
Open the menu

AZG heeft in Libië steeds minder toegang tot slachtoffers


Nu het geweld in Oost-Libië verder oplaait, ziet AZG zich genoodzaakt haar medewerkers terug te trekken uit Benghazi.

© Jehan Bseiso
© Jehan Bseiso

De teams hebben zich verplaatst naar Alexandrië in Egypte of zijn onderweg naar daar. Ze zullen proberen om de Libische gezondheidsfaciliteiten te blijven ondersteunen met de levering van medicijnen en medisch materiaal. Artsen Zonder Grenzen stelde al 33 ton medische materiaal ter beschikking.

Het is voor de teams praktisch onmogelijk om zich nog veilig te verplaatsen door de gebieden, waar door voortdurende gevechten de medische noden nochtans hoog zijn. Op twee verschillende tijdstippen heeft een team van Artsen Zonder Grenzen vorige week geprobeerd om Ras Lanuf te bereiken, één van de regio’s die het hardst getroffen zijn door de gevechten. Omwille van veiligheidsredenen moest het team echter telkens terugkeren. Ook een ander team dat probeerde om in Brega een klein operatiecentrum op te zetten werd gedwongen haar activiteiten af te blazen, omdat de frontlinie aan het opschuiven was. Ook het chirurgisch team houdt zich nu klaar in Alexandrië. Artsen Zonder Grenzen blijft ook proberen om Libië langs het westen, via de Tunesische grens, binnen te komen. De Libische regering verbiedt Artsen Zonder Grenzen echter nog steeds de toegang tot het land. Dit is al het geval sinds onze teams er voor het eerst aankwamen op 23 februari. Artsen Zonder Grenzen heeft in Tunesië een team van vijfentwintig medewerkers in Ras Ajdir en Dehiba, twee grensposten met Libië.

Hoewel de zuidgrens met Dehiba beduidend minder migranten de grens met Tunesië ziet oversteken, verleent een klein team van dokters en psychologen hulp aan wie er aankomt. Bij de veel drukkere grensovergang in Ras Ajdir heeft Artsen Zonder Grenzen twee tenten opgezet: één aan de grensovergang zelf en één in het transitkamp. Daar wachten momenteel ongeveer 18.000 mensen op repatriëring of op een nieuwe huisvesting, afhankelijk van hun status.

De Tunesiërs nemen samen met een aantal internationale organisaties de onmiddelijke medische humanitaire noden in het grensgebied voor hun rekening. Artsen Zonder Grenzen zette een programma voor psychologische bijstand op, dat sinds vier maart in werking is. Vele vluchtelingen die Tunesië binnenkomen zeggen dat ze getuige waren van geweld of er zelf slachtoffer van werden. Het psychologische programma helpt migranten om te gaan met deze ervaringen en verlicht hun psychisch lijden terwijl ze in de transitzone zitten. De psychologen doen groepsessies en individuele consultaties. Het team van artsen zonder Grenzen in Tunesië heeft 16 ton medisch en logistiek materiaal bij zich, en er nog meer materiaal onderweg. Daarnaast heeft Artsen Zonder Grenzen ook een team in Malta en een team in Lampedusa, Italië. Met mobiele hulpposten bieden zij medische bijstand aan migranten die de Middellandse Zee hebben overgestoken.