60 dode vluchtelingen gevonden langs de kust

Een team van Artsen Zonder Grenzen dat vluchtelingen helpt in Zuid-Yemen, trof tussen vrijdag 31 oktober en zaterdag 1 november 60 dode lichamen aan langs de kust.

Overlevenden verklaarden dat ze uit de Somalische havenstad Bosasso kwamen en op de vlucht waren voor de oorlog en de extreme armoede. Ze hadden gedurende twee dagen in uiterst benarde omstandigheden met een smokkelaarsschip langs de Golf van Aden gevaren.

Gedwongen in zee te springen

Eén van hen deed zijn verhaal aan het AZG-team:
"Toen we rond 8 uur 's ochtends de kust naderden, merkten de smokkelaars enkele lichten op het land. Ze waren bang om betrapt te worden door de kustwacht en dwongen ons in de zee te springen, ook al was het water te diep. Velen konden niet zwemmen en verdronken." Een acht maanden zwangere vrouw raakte zwaargewond door de schroefas van de boot, toen ze overboord gegooid werd. Ze liep vier beenbreuken op en verkeerde in kritieke toestand toen het AZG-team haar vond.

Een paar uur later deed zich een ander incident voor: het team ontdekte een groep Somaliërs en Ethiopiërs die al urenlang aan het bekomen waren nadat hun boot gekapseisd was. Ze vertelden dat ze 23 dode medepassagiers onmiddellijk hadden moeten begraven. Toen het AZG-team arriveerde, zaten er nog altijd overlevenden in de gekapseisde boot.
Saïd, een lokale AZG-medewerker, doet zijn relaas:
"De boot raakte vast in het zand en kantelde niet ver van het strand. De vissers gingen op zoek naar overlevenden, maar dat lukte niet, dus moest ik onder de boot duiken. Ik raakte tot in de romp, en met Gods hulp hebben we er twee vrouwen en één man veilig uit gekregen. Helaas waren twee anderen al dood."

Medische bijstand

De vluchtelingen kregen eerste hulp en voedsel op het strand, en werden vervolgens naar het opvangcentrum van Ahwar gebracht, waar AZG medische bijstand en advies geeft aan nieuwkomers.

Dergelijke verhalen zijn schering en inslag aan de zuidkust van Jemen. Volgens het VN-Hoog Commissariaat voor de Vluchtelingen hebben sinds begin 2008 al meer dan 32.000 mensen de tocht gewaagd. Somaliërs en Ethiopiërs ontvluchten de oorlog en de extreme armoede, en hebben geen andere keuze dan hun leven te wagen op zee. De boottocht is uiterst gevaarlijk en de dodentol hoog: sinds begin september 2008 zijn er in de streek van Abyan al minstens 114 dodelijke slachtoffers gevonden. De dode lichamen die aanspoelen en onaangekondigd verbrand worden door de vissers, zijn daar trouwens niet bijgeteld.
"De laatste tijd heeft de problematiek van de piraterij in de Hoorn van Afrika veel aandacht gekregen", aldus Francis Coteur, AZG-missiehoofd in Jemen. "Helaas is er weinig aandacht voor het drama van de vluchtelingen die in gruwelijke omstandigheden dezelfde kustwateren proberen over te steken. Hun situatie zou veel meer aandacht moeten krijgen."  

AZG startte met haar project in Zuid-Jemen in september 2007 en bood in 2008 medische en humanitaire hulp aan meer dan 7.000 mensen, allemaal vluchtelingen en migranten die aanspoelden op de stranden van de provincies Abyan en Shabwa.
In juni 2008 publiceerde AZG het rapport No Choice ("Geen keuze"). Het beschrijft de gevaarlijke boottocht naar Jemen en roept op tot meer bijstand voor de duizenden vluchtelingen, asielzoekers en migranten die hun thuisland ontvluchten.

Download het rapport