Hulp grensgebied na sluiting Hongaarse grens
Na de sluiting van de Hongaarse grens met Servië waren er confrontaties tussen de vluchtelingen en de Hongaarse politie en leger, waarbij gewonden vielen. Artsen Zonder Grenzen heeft haar teams om vluchtelingen te helpen in Servië uitgebreid en stuurde ook een ploeg naar de Servisch-Kroatische grens. Nu de grens met Hongarije dicht is, worden daar veel vluchtelingen verwacht.
Vast in niemandsland
Vorige week sloot Hongarije de grens met Servië. Als gevolg bevonden zich zo'n 5.000 mensen in het niemandsland tussen de twee grenscontrolepunten, voor de hekken die door Hongarije zijn gebouwd. Om vier uur barstten de confrontaties los, waarop Artsen Zonder Grenzen twee mobiele medische teams naar de Servische grens stuurde om medische hulp te verlenen en tenten uit te delen.
De Hongaarse politie zette traangas en waterkanonnen in om mensen ervan te weerhouden de grens over te steken. Het team van Artsen Zonder Grenzen in Horgos (Servië) behandelden mensen voor verschillende verwondingen: 1 vanwege een plastic kogel, 12 mensen die probeerden over de hekken met vlijmscherpe messen te klimmen, en 15 mensen met oogproblemen door het traangas.
“Dit buitensporig geweld tegen mensen die op zoek zijn naar een veilig heenkomen is schandelijk”, stelt Aurélie Ponthieu, specialist humanitaire zaken van Artsen Zonder Grenzen. “Het is een weerspiegeling van de absurde respons van Europa op deze vluchtelingensituatie. De Europese Unie moet legale alternatieven en een veilige route bieden.”
Hoewel de meeste vluchtelingen nu zijn vertrokken om de grens elders over te proberen steken, zijn er nog tussen de 500 en 1000 mensen ter plaatse gebleven. Zij hopen dat Hongarije de grens zal heropenen, maar de Hongaarse politie geeft daarover geen informatie. Er rijden bussen vanuit het zuiden van Servië naar de Kroatische grens.
“Grenzen sluiten is geen oplossing. Het schuift de verantwoordelijkheid door naar een naburig land en dwingt mensen meer risico's te nemen en daardoor meer ontberingen te ondergaan. Dat heeft een slechte invloed heeft op hun gezondheid”, aldus Ana Lemos, projectcoördinator van Artsen Zonder Grenzen in Hongarije. ”Zolang de conflicten blijven duren in het land van oorsprong, zijn mensen gedwongen de situatie te ontvluchten, ongeacht de gevaren.”
Vanuit het kamp in het Hongaarse Roszke, staken de afgelopen weken tussen de 2.000 en 4.000 mensen per dag de grens tussen Hongarije en Servië over. [GVG2] Het kamp werd afgelopen weekend en maandag plots ontruimd door de autoriteiten. De mensen werden eerst op bussen en later op treinen gezet naar de Oostenrijkse grens. Onze hulpverleners hebben zondagnacht en maandag 500 mensen medische zorg verleend, onder meer zwangere vrouwen en mensen met verwondingen en infecties aan de luchtwegen.
Nadat het kamp en het treinstation leeg waren, stak een team van Artsen Zonder Grenzen de grens over om het team in Servië te ondersteunen. Daar zijn we sinds december 2014 actief in Subotica, Horgos, Belgrado en Presevo met mobiele klinieken. De teams van Artsen Zonder Grenzen bieden medische en psychologische zorg en delen ze hulpgoederen uit aan mensen die door Servië trekken. Ze hebben ruim 5.072 mensen behandeld. Artsen Zonder Grenzen werkt nu ook in in Miratovac (in het zuiden) en op de grens met Kroatië.
Te weinig opvangcapaciteit
Servië heeft te weinig opvangcapaciteit: het land heeft 5 asielcentra die elk slechts 1.000 mensen kan herbergen. De afgelopen zomer heeft de overheid haar opvangcapaciteit uitgebreid door 3 tentenkampen te bouwen in de zuidelijke plaatsen Presevo en Miratovac en in Kanijza in het noorden. Deze 3 kampen bieden samen slechts huisvesting voor 1.200 mensen.
