Sociale media

  • NL
Open the menu

Sterftecijfe bevestigen noodsituatie


Een op zes kinderen is ondervoed, maar voedselhulp voldoet niet

Een voedselstudie onder 15.000 mensen in Chiteta in het noorden van de provincie Huambo, bevestigt de ernst van de voedselcrisis in Angola. Zevenhonderd zwaar ondervoede kinderen worden op dit ogenblik behandeld in het therapeutische voedselcentrum van AZG in Bailundo. AZG blijft ondervoede kinderen ontdekken en verzorgen in verschillende streken in het land.

Vorige maand opende AZG een therapeutisch voedingscentrum in Bailundo, in de noordelijke provincie Huambo om de meest dringende noden te dekken van de Angolese bevolking in de streek. De mobiele teams van AZG verwijzen de ondervoede kinderen in de omringende dorpen door naar dit centrum.
De voedselstudie in Chiteta (20 kilometer van Bailundo) bevestigt de ernst van de situatie van de bevolking. Tijdens de eerste zes maanden van dit jaar lag het sterftecijfer op 2,3/10.000 personen per dag, of twee keer hoger dan de alarmdrempel en vier keer hoger dan de sterftegraad in "normale" tijden.
Kinderen jonger dan vijf worden het meest getroffen door deze crisis. Het voorbije halfjaar was het sterftecijfer onder deze groep 5,7/10.000/dag - of 2,5 keer hoger dan de alarmdrempel en vijf keer hoger dan in een niet-crisissituatie. Achttien procent van de kinderen jonger dan vijf is ondervoed; 5,9% is er ernstig aan toe. Deze leeftijdsgroep vertegenwoordigt 75% van alle sterfgevallen in deze periode.
Een op zes kinderen is ondervoed, en het is niet duidelijk of de hoeveelheid voedsel die in de kampen toekomt voldoende is om de toestand van matig ondervoede kinderen te verbeteren. De belangrijkste doodsoorzaak is ondervoeding, maar de overlijdens zijn ook gelieerd aan andere ziekten, die door ondervoeding verzwakte mensen treffen.
"De aanwezigheid van ondervoeding in de omgeving van Chiteta blijft belangrijk, zelfs al kan de AZG-interventie in Bailondo voorlopig de hoogste sterftecijfers enigszins indijken", zegt Vincent Brown, een epidemioloog die de studie coördineerde.
De internationale hulp is vandaag nog grotendeels ontoereikend om de basisnoden van de bevolking te lenigen. Bovendien dwarsboomt de moeilijke toegang tot de hergroeperingszones waar de Unita-soldaten en hun families verzameld zijn, het werk van de AZG-teams. Onmiddellijke voedsel- en medische hulp zijn vandaag van essentieel belang in alle getroffen zones.
Sinds het staakt-het-vuren van 4 april, heeft AZG toegang verkregen tot bevolkingen die gedurende meer dan drie jaar van humanitaire bijstand waren afgesneden. Hierbij ontdekte de organisatie ernstige ondervoedings- en sterftecijfers, die de alarmdrempels in ruime mate overschreden, en die regio's met hongersnood aanwijzen.
AZG-teams behandelen op dit ogenblik zo'n 14.000 ondervoede mensen in 44 voedselcentra in 11 van de 18 Angolese provincies.