Sociale media

  • NL
Open the menu

Mavinga - een gezicht voor de Angolese crisis


Op 300 kilometer van Menogue in zuidelijk Angola bevindt zich Mavinga, een afgelegen stadje aan een uitgedroogde rivierbedding dat nu eindelijk kan rekenen op enige hulp van buitenaf. De beste manier om het stadje te bereiken is door de lucht. AZG kwam er op 17 juni toe en was de eerste hulporganisatie die er een project opzette. Tot deze week was het de enige hulporganisatie die er actief was.

Na het staakt-het-vuren in april werden meer en meer gebieden in Angola opnieuw toegankelijk. AZG kon haar inspanningen ook dieper in het land opvoeren. De organisatie bevindt zich sinds twee jaar in de zuidelijke provincie Cuando Cubango, in het stadje Menogue. Sinds kort kon AZG ook Mavinga bereiken, zo'n 300 kilometer ten oosten ervan.
De regio bereiken verliep niet zonder moeilijkheden. De wegen tussen Menogue en Mavinga werden zwaar ondermijnd tijdens het conflict en zijn slechts moeilijk berijdbaar. De beste methode om het stadje te bereiken is per vliegtuig.
Er werken momenteel 10 internationale en 150 à 200 nationale personeelsleden in en rond Mavinga. De teams troffen een regio aan die afgesneden was van elke vorm van bevoorrading, met massale ondervoeding en schrijnende leefomstandigheden. Er is geen elektriciteit zodat de teams alleen overdag kunnen werken. Het watertekort in de regio veroorzaakt sanitaire problemen.
In Mavinga leven ongeveer 7.000 mensen. Nog zo'n 40.000 mensen zijn samengekomen in de Inkwartier- en Familiezones (QFA's, voor voormalige UNITA-soldaten en hun gezinnen) rond het stadje. De lokale infrastructuren zijn nagenoeg volledig verwoest. Mavinga is nog nauwelijks een stadje te noemen. Het is meer een verzameling van verkrotte gebouwen langs een landingsbaan. De lokale bevolking is uitgezwermd over de regio en leeft langs de uitgedroogde rivierbedding of in de savanne, wat het hulpprogramma er overigens niet eenvoudiger op maakt.
AZG is erin geslaagd de landingsbaan de voorbije maand te gebruiken om noodhulp en humanitair personeel ter plaatse te brengen. De faciliteiten van de landingsbaan zijn evenwel minimaal en tanken is onmogelijk. Daardoor kunnen alleen vliegtuigen worden ingezet die de reis zonder bijtanken heen en terug kunnen maken.
Transport is een eerste hinderpaal, maar ook de leefomstandigheden vormen een zware beproeving voor de overlevenden en voor de AZG-personeelsleden. Tijdens de eerste week moest AZG twee medewerkers evacueren. De organisatie gebruikt nu een wisselsysteem voor het personeel om uitputting en alle daarmee gepaard gaande medische problemen te voorkome

Eerste acties

Binnen twee dagen na de aankomst zette AZG een Therapeutisch Voedingscentrum (TVC) op. Tegen 28 juni werden er in het centrum 200 patiënten verzorgd. De toestand wordt als catastrofaal bestempeld: er is een globaal ondervoedingpercentage van 25% en een ernstig ondervoedingpercentage van 10% (cijfers van een snelle screening door AZG-medewerkers). De bevolking is er erg aan toe en de nood aan voedsel, basisvoorzieningen en geneesmiddelen is hoog.
AZG verdeelde dekens (een per kind) onder de lokale bevolking.

Inkwartier- en Familiezones

De mensen in de QFA's rond Mavinga zijn er nauwelijks beter aan toe. In de QFA van Campembe trof AZG tijdens een eerste verkenning 100 ernstig ondervoede mensen aan. Tien mensen kwamen om sinds de QFA in april opende.
In de QFA van Matungo organiseerde het MINSA (Ministerie van Volksgezondheid van Angola) een poliovaccinatie in mei van dit jaar en is er een functionerende medische post. De post is echter slecht uitgerust voor de behandeling van ernstig ondervoede kinderen. Sinds het eerste bezoek van AZG werden de ernstigste gevallen overgebracht naar het TVC van Mavinga, maar ook hier stelt transport een probleem omdat de weg van Matungo naar Mavinga in slechte staat is. De reis duurt ten minste twee uur in beide richtingen.

Vaccinatie tegen mazelen

Gezien de verzwakte toestand van de lokale bevolking en de hoge concentratie van mensen op één plaats, werd door AZG een vaccinatiecampagne tegen mazelen opgezet. Tegen 28 juni waren 17.868 kinderen tussen zes maanden en 15 jaar gevaccineerd.
Daarnaast organiseert AZG een voedselbevoorradingprogramma met voorraden van het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties (WFP). Het programma richt zich op gezinnen met kinderen onder de vijf. In totaal worden hiermee 982 gezinnen geholpen.